Met een zucht vlij ik mij neer op het gras. Naast mij speelt een olifant met takken, ze laat ze rakelings langs mijn gezicht op de grond kletteren. Ik kijk naar de olifant en zij naar mij, alsof ze wil zeggen: ‘Hé… ruim eens op!’
Vandaag is het mijn tweede dag in het Elephant Nature Park. Gisteravond heerlijk gegeten, scherp gekruide curries en pittige groenteschotels, alles overgoten met romige kokosmelk.
Toen ik vanmorgen opstond, voelde ik mij op zijn zachtst gezegd zwak. Mijn lichaam dat normaliter één uur per week in de sportzaal al nauwelijks kan verdragen, voelde beurs en pijnlijk. Ik sleepte mezelf naar het eetgedeelte van het terrein en slikte wat ranzige koffie weg. Vervolgens togen wij naar een plek waar een huis wordt gebouwd voor de medewerkers van het park. We haalden met emmers zand van een berg en sjouwden dat naar een andere berg. Erg efficiënt allemaal.
Twee uur zwoegen later kwamen de vrachtwagens met fruit voor de olifanten. Met kilo’s tegelijk werd het eruit gegooid. Wij moesten het vangen. De olifanten begluurden mij vanonder hun lange wimpers en rukten het fruit met hun slurven uit mijn handen.
Na deze fruitsessie namen wij ze mee voor een fris bad in de nabije rivier. Drukte van een jewelste: olifanten in en onder het water. Ik kreeg niet alleen een emmer plus borstel maar ook een olifant toegewezen. Ik moest het dier maar eens lekker soppen! De olifant en ik keken elkaar onnozel aan. De olifant zoog zijn slurf vol – ach, wat lief, hij gaat drinken, dacht ik nog – en trakteerde mij op een intens, koude douche. Dapper waadde ik door het water. Ik begon het dier zachtjes te borstelen. Helemaal verkeerd. Olifanten hebben niet voor niets een olifantenhuid, dus het dier raakte zo geïrriteerd dat hij er vandoor ging. Ze houden van hard borstelen.
Hierna gingen we met dertien olifanten naar een plek in de bergen. De bedoeling is dat we daar bleven slapen. Dit is een uitje voor de olifanten, want ze kunnen daar vrij rond hobbelen. Bepakt en bezakt vertrokken we, ieder met een eigen rugzak. De mijne werd na een half uurtje wel erg zwaar. Zonder enig probleem liepen de olifanten de steile bergen op en af. Ik al hijgend, mijn borst piepend, achter hen aan. Ik moest wel uitkijken: olifanten hebben de neiging dicht naast elkaar te lopen, dus als je daar tussen zit… mwah, toch minder!
Starend naar de maan, liggend op mijn rug, voor zover ik die nog heb, en krabbend aan mijn benen die onder de spinnenbeten zitten, bedenk ik dat ik steeds meer ontzag voor de olifanten krijg. Vandaag draafde voor mij het ondeugende kleintje Hope. Toen hij anderhalf was, is hij gered en kwam hij in het ENP terecht. Hij kwam net uit de training die iedere ‘domestic’ olifant ondergaat; een traditie waarbij hij gedurende een aantal dagen een misselijkmakende behandeling krijgt. Hij wordt meerdere dagen en nachten vastgebonden en ingesnoerd in een strakke kooi zodat hij niet kan liggen. Bij elk protest wordt de olifant geslagen met stokken en kleine hakbijlen, vooral op de pijnlijkste plekken zoals de voeten, en krijgt geen eten. Dit alles om zijn wil te breken, zodat hem daarna van alles kan worden aangeleerd, de meest stompzinnige kunstjes. Ik keek opzij naar de kleine olifant terwijl we naast elkaar liepen. Zachtjes raakt zij mij aan, blind en vol lidtekens, omdat haar vorige baas had besloten dat zij een lesje moest leren.
© ByBir | Met liefde ontworpen door